Slimme (stads)logistiek
Wonen, leven, werken, ontspannen en leren zijn in de huidige steden tegenwoordig met elkaar verweven op vrijwel elke plek en op elk tijdstip van de dag. Datzelfde geldt ook voor de bevoorrading van winkels en horeca, de bevoorrading van kantoren en instellingen, het leveren van (ver)bouwmaterialen en alle retourstromen, variërend van ongewenste producten tot afval, en leveringen aan huis.
De verwachtingen zijn toegenomen (overal en altijd alles kunnen krijgen, directe levering aan huis van bestellingen via het internet), terwijl de overlast van bevoorradingsverkeer steeds minder getolereerd wordt (congestie, veiligheid, uitstoot, leefbaarheid). Door verstedelijking is er steeds meer strijd om de beschikbare ruimte, hoe die gebruikt wordt en door wie en wanneer. Dat zet ook druk op het logistieke systeem.
Er moet dus een nieuwe vorm voor (stads)logistiek gevonden worden, die gericht is op meer doen met minder logistieke bewegingen en met minder emissies. Dat kunnen we doen door (stads)logistiek anders en slimmer te organiseren.
Slimme logistiek
Het anders organiseren van (stads)logistiek vraagt om meer samenwerking tussen bedrijfsleven, overheid én consument. Dat gebeurt onder andere binnen Green Deal Zero Emission Stadslogistiek (GDzes). Binnen GDzes is afgesproken dat in 2025 de stadskernen emissievrij worden beleverd. Daarmee vooruitlopend op de Europese wetgeving die stelt dat in 2050 alleen emissievrije voertuigen de stad in mogen. Doel is de emissie van CO2, NOx en fijnstof als gevolg van stadslogistiek te reduceren tot nul en om het verkeersgeluid te beperken.
De afgelopen jaren is te zien dat het gebruik van (binnen)steden door bevoorradingsverkeer verder intensiveert en dat bevoorrading zich ook over een groter deel van de (binnen)stad verspreidt. Bewoners willen echter niet alleen een hoog serviceniveau en mobiliteit, maar ook rust, ruimte en een gezond leefklimaat. Naast uitstootvrije logistiek is het ruimtebeslag en de impact op de openbare ruimte door laad- en losverkeer in (binnen)steden dus minstens zo belangrijk.